Het verhaal van Martha – Verbinden om verandering te realiseren

Door Marleen Buizer

Martha is nog niet zo lang bij de Provincie. Ze werd enthousiast, toen ze een vacature las voor een ‘gebiedsmanager’. Ze heeft weliswaar niet zoveel met het woord ‘manager’  – dat klinkt voor haar veel te veel alsof ze de koordjes in handen moet hebben – maar het het tweebenige van de functie sprak haar echt aan. Ze zag zichzelf al voor zich, met één been aan keukentafels op boerenbedrijven én op de bijeenkomsten van de agrarisch natuurvereniging. En met haar andere been in het provinciehuis, het gemeentehuis, het ‘waterschapshuis’. Het moest te doen zijn, dacht ze, verschil te maken door die twee werelden – ‘buiten en binnen’ – met elkaar te verbinden. Niet, dus, door létterlijk de koortjes in handen te nemen, maar door ruimte te zoeken, vertrouwen te vinden, de bal direct te spelen, de vragen die opborrelen op de goede plek te leggen. Als ex-consultant in de procesbegeleiding weet ze dat ze goed is in die verbindingsrol. Martha heeft trouwens al flink wat ervaring opgedaan met het verbinden van precies die werelden. Maar wat haar in haar vorige werk begon tegen te staan, was het hoppen van project naar project, waardoor ze steeds nieuwe relaties moest aangaan, en steeds net als ze zich vertrouwd begon te voelen met een project en de mensen, weer verder moest. Een baan als gebiedsmanager geeft meer structuur, voor haar gevoel, en brengt de mensen die over het beleid gaan dichterbij haar. Ze zitten, als het ware, in haar eigen achtertuin! Een prachtige kans om snel te schakelen – tussen de initiatieven en ideeën uit wat háár gebied zal zijn en het wat abstracte beleid om duurzaamheidstransformaties in het landelijke gebied in beweging te zetten. Daarmee heeft ze goud in handen, … dacht ze!

Nu Martha er middenin zit, denkt ze vaak terug aan de dromerij van toen ze solliciteerde. Dat gevoel wil ze vasthouden! Het stelt haar namelijk in staat van haar nieuwe rol te houden. Als vrienden haar vragen hoe het is om nu ‘ambtenaar’ te zijn, legt ze hen altijd uit dat het niet zo is dat ze de hele tijd opdrachten vanuit de hiërarchie aan het uitvoeren is, of continu vastzit aan strakke procedures en deadlines voor het indienen van allerlei materiaal. Ze doet dan uit de doeken dat ze veel op stap is, dat haar kaplaarzen standaard in haar achterbak liggen, en dat ze – met die oh zo belangrijke mensen in haar achtertuin – ook nog wat invloed heeft op het echt toewerken naar veranderingen in het landelijk gebied.

En toch, heeft ze de laatste weken last van slapeloze nachten en nare dromen. Ze zit dan in de startblokken – klaar voor de start – startpistool gaat de lucht in, en vervolgens blijken de kaplaarzen die ze voor de gelegenheid heeft voorzien van spikes, aan de startblokken vast te blijven plakken. Ze weet zich in haar droom los te wrikken, maar komt niet vooruit, en iedere keer komt er dan ook nog een nieuwe horde bij. Ze is deel van een team en moet aan het einde van haar deel het estafettestokje overgeven, maar in een volgende droom belandt het stokje op de grond, rolt van haar weg. Dat gebeurt dan steeds opnieuw, als ze het wil oppakken. Gelukkig komt een van haar teamgenoten, zich bewust van de penibele situatie, naar haar toe rennen, maar die heeft een nieuwe opdracht bij zich, ze moet een nieuw format indienen, en vervolgens weer één, en weer één. Een aantal van haar collega’s blijkt in haar dromen bovendien in andere banen te lopen, zodat ze hen niet kan bereiken. Martha schrikt dan meestal wakker en raakt aan het piekeren. Hoe zorgt ze ervoor dat ze de mensen in haar gebied niet teleurstelt, dat het positieve dat de mensen in haar gebied ondanks de polariserende politiek weten op te brengen, niet verdwijnt, door wéér die onzekerheid over de financiering en de regels? En hoe zorgt ze ervoor, dat haar collega’s, van beleid, van grondzaken, haar ambtelijk opdrachtgever ook, die toch een stukje verder weg staan van wat zij bijna dagelijks recht onder haar neus ziet gebeuren, blijven lopen? Martha realiseert zich, dat zij de wijsheid niet in pacht heeft, maar één ding weet ze heel zeker: de dingen moeten in een positieve richting blijven bewegen. Maar hoe, in godsnaam, HOE?

Op één van die ochtenden begint iets heel belangrijks bij haar te dagen. Ze staat hier niet alleen in. Ze kan gewoon zeggen tegen haar collega’s, dat ze hiermee worstelt, dat ze samen stappen wil zetten in de goede richting. Wat die ‘goede richting’ precies is, daar kunnen ze het over hebben, daar moeten ze het over hebben! Het is niet zo erg, als dat gepaard gaat met wrijving. Maar dan weegt het vallen en opstaan tenminste niet meer zo zwaar op haar schouders. Martha wil als team wat meer tegenwicht kunnen bieden, en de veranderingen die nodig zijn in beweging kunnen zetten, óók als het politieke draagvlak daarvoor regelmatig lijkt te ontbreken. Haar gedachten voelen nog als een open eindje, en vanwege de drukte twijfelt ze of ze zich zal opgeven voor de grote bijeenkomst over het gebiedsgericht werken. Uiteindelijk hakt ze de knoop door. En hier is ze.

Immersing in Kisumu’s urban food markets

This blog post by Marit Meijer shares her experiences during the second fieldwork period of the project “Learning from Food Provisioning Networks in City Regions of Kenya”.

From May 26th to August 12th, 2025 I spend 2,5 months in Kenya for the second fieldwork period of the project “Learning from Food Provisioning Networks in City Regions of Kenya”. The focus of the fieldwork was to immerse (for 2 months) in two urban food markets in Kisumu, namely Kondele Market and Kibuye Market. People who have congregated in these market places for the last 10 years shared with us the history of their careers and their perspectives on present and future developments of the food markets. We want to extend our deepest gratitude to everyone willing to share with us their time, effort and personal stories so generously. And to those who introduced us to them. A special thanks goes out to Damarice Auma Akwanya, Moline A’chieng and Isiah Okoth.

Continue reading

A short tribute to my highly esteemed (former) colleague Dirk Roep (one year after retirement)

A year ago, my colleague Dirk Roep reached retirement age. He had organized a wonderful farewell party, where I was also supposed to give a speech to honour him, his work and his contribution to the Rural Sociology Group. Unfortunately, I had to cancel due to illness and was unable to give my speech. So now, a year later, on Dirk’s 68th birthday, I am writing down what I wanted to say a year ago at Dirk’s farewell party:

After 35 years of working for the Rural Sociology Group (and its predecessor, the Sociology Department) in various positions (and even more different employment contracts), the time has now come to enjoy a well-deserved retirement. Of those 35 years, we have known each other for 32 years, we have been colleagues for roughly 28 years, and I have been the chair of the Rural Sociology Group (and thus formally your ‘manager/supervisor’) for 20 years.

Continue reading

Reflection | Workshop Sharing Field Notes

A reflection on the workshop Sharing Field Notes

On Monday May 26th, our colleague Anna Roodhof (PhD Candidate at Rural Sociology) attended a workshop on sharing field notes, which was organized by Leiden University, DANS-KNAW (Data Archiving and Networked Services), ISS (the Institute of Social Studies at Erasmus University), and PNN (the Netherlands’ PhD Candidates Network). This workshop was organized to discuss qualitative data – field notes in particular – in the context of open science, specifically the FAIR and CARE principles.

Field notes are a type of data collection that is very common at the Rural Sociology Group and elsewhere: they are prevalent in many disciplines, including anthropology, linguistics, sociology, archeology, ethnobotany, and ecology. These notes are often textual, but can include visual components such as sketches or photos. They can be written for a variety of reasons: to provide context, to serve as primary data, or to explicate the researcher’s positionality in the field. While it is uncommon for this type of data to be published in full, it can be done.

Continue reading

SWIFT Project: Strengthening Gender and Diversity in Agriculture

Last November, the SWIFT consortium gathered in Geneva for an inspiring and thought-provoking mid-term meeting. Over four days, researchers, farmers, and activists came together to share progress, exchange ideas, and discuss the future of gender and diversity in agriculture. From immersive discussions at Ferme du Lignon to policy debates at the Geneva Graduate Institute, the event highlighted the importance of feminist and queer perspectives in shaping agricultural policies.

Key topics included:
– Building feminist viability indicators with women farmers
– Participatory video-making for agroecological storytelling
– Gendered analysis of the EU’s Common Agricultural Policy
– Strengthening visibility and rights of LGBTQIA+ farmers

Georgia Diamanti and Clara Lina Bader have captured these moments beautifully in their reflections, from engaging panels to farm visits that demonstrated alternative models of agriculture in action. Read their insights on the challenges and opportunities ahead for gender justice in food and farming!

Continue reading